Ontstaan van de Nieuwe Kerk
Het ontstaan van de Nieuwe Kerk voert terug tot een wonderlijk verhaal uit het jaar 1351. De zonderlinge bedelaar Symon zat op zijn gebruikelijke plekje op de Markt, en kreeg wat te eten van ene Jan Col. Toen gebeurde er iets heel bijzonders.
Visioen op de markt
Plotseling scheen er een fel licht op het gezicht van Symon. De bedelaar zei tegen zijn stadsgenoot: ‘O myn uytverkooren live vriendt en siedt dy niet den Hemel open?' Samen keken ze naar boven, in de richting van het toenmalige galgenveld... Daar zagen ze in een visioen een gouden kerk, gewijd aan Maria.
Jarenlang hetzelfde visioen
Bedelaar Symon stierf vrij snel daarna, waarop Jan Col bij het stadsbestuur begon aan te dringen op de bouw van een kerk op die plek van de Markt. Dertig jaar lang kreeg hij ieder jaar hetzelfde visioen. Totdat het stadsbestuur eindelijk instemde met zijn verzoek. Het werd de tweede parochiekerk van Delft; de ‘Nieuwe Kerk'.
Geertruid van Oosten
In de kroniek over de Nieuwe Kerk vertelt een onbekende schrijver over een andere persoon die een speciaal visioen had: Geertruid van Oosten. Geertruid woonde in de 13e eeuw in Delft en was bekend vanwege haar mystieke ervaringen. Ze kreeg bijvoorbeeld de stigmata: wonden zoals die van Christus. De schrijver was ervan overtuigd dat zij iets te maken had met bijzondere verschijningen van Maria. Geertruid stierf in 1358 toen ze 38 jaar was, en ligt begraven onder de toren van de Oude Kerk in Delft.
Meer plekken om te bidden nodig
In de geschiedenis van Delft wordt beschreven dat er een tweede grote kerk nodig was naast de Oude Kerk. Er waren niet genoeg plekken om te bidden. Dat zou ervoor zorgen dat mensen zich zouden overgeven aan spelen, dansen en drinken. Men dacht dat een nieuwe kerk bouwen zou helpen, zodat er meer plek was voor godsdienstige activiteiten.
Of dat ook de echte reden was, is de vraag. Het lijkt er eerder op dat de stad Delft gewoon een grote, mooie kerk wilde bouwen om te laten zien hoe belangrijk Delft was.
Start bouw houten noodkerk
In 1381 begon men met het bouwen van een kleine houten kerk. Het was een noodkerk, die gewijd was aan Maria. Hierna werd er een grote stenen kerk omheen gebouwd. Deze nieuwe kerk was voor Maria en later ook voor Sint-Ursula.
Tijdens de bouw kochten de kerkleiders een beeld van een treurende Maria: Onze Lieve Vrouw ter Nood Gods. Er zijn veel bijzondere verhalen over dit beeld, net als over beelden in de Oude Kerk.
Concurrentie tussen de kerken
Er was altijd een beetje concurrentie tussen de twee grote kerken in Delft. Dit zag je bijvoorbeeld terug in hoe de relikwieën en de wonderlijke beelden werden verdeeld tussen beide kerken.
Lees meer over de geschiedenis van de Nieuwe Kerk
Klik hieronder voor meer informatie.
Ontstaan van de Nieuwe Kerk
Het ontstaan van de Nieuwe Kerk voert terug tot een wonderlijk verhaal uit het jaar 1351. De zonderlinge bedelaar Symon zat op zijn gebruikelijke plekje op de Markt, en kreeg wat te eten van ene Jan Col. Wat er toen gebeurde, had niemand verwacht?
Bouw van de Nieuwe Kerk
Na een bijzonder visioen begonnen de Delvenaren in 1381 met de bouw van de Nieuwe Kerk. ‘Nieuw’, omdat langs de Oude Delft al een andere kerk stond: de Sint Hippolytuskerk, inmiddels de Oude Kerk genaamd.
Eerdere restauraties
Door de tijd heen heeft de Nieuwe Kerk alle mogelijke tegenslagen doorstaan. Rampen, natuurgeweld, godsdienstige conflicten… Altijd was de kerk daar. Maar: niet zonder het nodige onderhoud en restauraties.